Implementatiewet zesde richtlijn motorrijtuigenverzekering

Op Europees niveau is een nieuwe Richtlijn over de verzekering tegen de wettelijke aansprakelijk van motorrijtuigen, die deelnemen aan het verkeer, aangenomen. Deze nieuwe Richtlijn, de zesde Richtlijn motorrijtuigenverzekering, verbetert de nu geldende Richtlijn op een aantal punten. De voorgestelde Implementatiewet zesde richtlijn motorrijtuigenverzekering zet deze Richtlijn om in Nederlands recht en past daartoe de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (WAM) en de Wet op het financieel toezicht (Wft) aan. Zo wordt onder andere de definitie van motorrijtuigen (voertuigen) gewijzigd. Dit heeft consequenties voor de vraag welke voertuigen nog onder de verzekeringsplicht van de WAM vallen. Het wetsvoorstel kiest er daarbij voor om de huidige verzekeringsplicht te handhaven. Dit sluit ook aan bij de verplichtingen die Nederland heeft op basis van een Benelux-overeenkomst over de verplichte aansprakelijkheid van motorrijtuigen. De elektrische fiets, die niet harder mag dan 25 kilometer per uur, blijft bijvoorbeeld uitgezonderd van de verzekeringsplicht. Verder bevat het voorstel regels over harmonisatie en indexatie van minimum bedragen waarvoor de verzekering dekking moet bieden, een regeling voor het geval een verzekeraar insolvent wordt, een uniform model voor de verklaring over het schadeverleden en wat overige onderwerpen, zoals de mogelijkheid om een aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten in het land waar iemand een voertuig koopt.

Het college van ATR stelt vast dat het nut en de noodzaak van het wetsvoorstel voldoende zijn onderbouwd. Ook de werkbaarheid van het voorstel geeft geen aanleiding voor opmerkingen. Het college stelt vast dat de Richtlijn op een aantal punten, bijvoorbeeld op het gebied van de reikwijdte van de verzekeringsplicht, ruimte biedt aan Nederland om zelf een keuze te maken. Deze ruimte wordt weliswaar ingeperkt door de Benelux-overeenkomst, maar ook deze biedt de mogelijkheid om een uitzondering van de verzekeringsplicht te maken voor voertuigen die nauwelijks gevaar opleveren. Bij het gebruik maken van die beleidsruimte kiest het voorstel niet voor een mogelijk minder belastend alternatief, terwijl dit inhoudelijk niet onderbouwd is. Verder adviseert het college om in de toelichting alle regeldrukeffecten van het wetsvoorstel voor specifiek de Nederlandse situatie kwantitatief weer te geven.

ATR advies aan de minister voor Rechtsbescherming- Implementatiewet zesde richtlijn motorrijtuigenverzekering.