Kabinetsaanpak regeldruk vertoont gebreken
De aanpak van de regeldruk door het kabinet vertoont gebreken die het bereiken van de kabinetsdoelstelling in gevaar brengen. Collegevoorzitter Jan ten Hoopen: “Het kabinet wil de regeldruk merkbaar verminderen, maar houdt onvoldoende rekening met de gevolgen van de decentralisatie van jeugdzorg, AWBZ en het beleid voor arbeidsgehandicapten. Ook is er voor uitvoeringsorganisaties en toezichthouders geen kwantitatieve reductiedoelstelling bepaald. Bovendien kijkt het kabinet bewust niet naar de manier waarop Europese regelgeving in Nederland wordt ingevoerd. En we weten dat dit vaak veel ‘lastenluwer’ kan. Alléén als het kabinet ook deze punten meeneemt, komt de kans op succes boven de 50%.”
Tweesporenbeleid
In zijn reactie op de programmabrief van het kabinet onderschrijft Actal de kracht van de dubbele aanpak. Het is slim om niet alleen de regeldruk in algemene zin terug te dringen, maar met maatwerk ook de regeldrukproblemen van specifieke doelgroepen op te lossen.
Juist deze aanpak kan bijdragen aan de merkbare vermindering van regeldruk. Ook is het positief dat er specifieke aandacht is voor toezichtlasten. De kabinetsplannen bevatten echter ook onvolkomenheden die het realiseren van de doelstellingen in gevaar brengen.
Neem alle relevante regeldruk mee in de berekening
Het kabinet wil de regeldruk voor burgers, ondernemers en professionals merkbaar verminderen met € 2,5 miljard. Maar de onvolkomenheden in de kabinetsaanpak lijken deze doelstelling te gaan frustreren. Zo neemt het kabinet niet alle regeldruk mee in de berekening. Regeldruk die afkomstig is van andere veroorzakers dan het Rijk blijft buiten beschouwing. Oók waar deze regeldruk het gevolg is van het beleid van de Rijksoverheid. Voor ondernemers, burgers en professionals maakt het namelijk totaal niet uit wie de regeldruk veroorzaakt; Rijk, gemeenten, uitvoeringsorganisaties of toezichthouders. Jan ten Hoopen: “Reken je niet rijk. Neem de regeldruk die door decentralisaties ontstaat bij gemeenten mee in de berekening van de reductiedoelstelling. Dit geldt ook voor de extra regeldruk door niet-lastenluwe invoering van Europese regelgeving. Bovendien is het zaak dat ook uitvoeringsorganisaties en toezichthouders een kwantitatieve reductiedoelstelling opgelegd krijgen.”
Claim succes niet te vroeg
Wil de aanpak van regeldruk niet zijn geloofwaardigheid verliezen, dan moet het kabinet niet te snel successen claimen. Het kost namelijk tijd om beleidsmaatregelen uit te voeren voordat de samenleving de vermindering van regeldruk echt ervaart. Bovendien kunnen in de uitvoering van beleid ook zaken misgaan. Actal pleit er daarom voor om de merkbare gevolgen voor de regeldruk bij beleidsevaluaties expliciet in beeld te brengen. Als achteraf blijkt dat de feitelijke, ervaren vermindering achterblijft bij de oorspronkelijke berekeningen, moeten extra reducties plaatsvinden. Jan ten Hoopen: “De beeldvorming is ermee gediend om een merkbare vermindering van de regeldruk pas te claimen wanneer deze in de praktijk ook daadwerkelijk is gerealiseerd en de doelgroepen er echt iets van merken. Niet op het moment dat er nog slechts besluitvorming heeft plaatsgevonden.”
Verander beleid niet te vaak; introduceer een ‘terugverdiennorm’
Burgers en ondernemers ervaren frequente beleidsveranderingen als zeer belastend. Er is meer aandacht nodig voor de eenmalige gevolgen van wijzigingen. Jan ten Hoopen: “In ons advies over Merkbaar minder regeldruk pleitten wij er al voor om niet alleen te kijken naar de structurele gevolgen voor de regeldruk, maar ook naar de eenmalige. Iedereen moet namelijk wel telkens weer kennisnemen van de wijzigingen en zijn bedrijfsvoering of routines erop aanpassen. Als het te lang duurt om de eenmalige gevolgen ‘terug te verdienen’, dan moet je je ernstig afvragen of dit wel de juiste koers is. Wij stellen voor een terugverdientijd van maximaal 4 jaar als norm te hanteren.”
Maak gevolgen van genomen maatregelen inzichtelijk
Ten slotte constateert Actal dat de programmabrief van het kabinet geen inzicht biedt in alle maatregelen waarmee het kabinet de regeldruk wil verminderen. Ook geeft het kabinet niet aan of er beleidsmaatregelen komen die leiden tot méér regeldruk. En hoe het kabinet zulke toenames van regeldruk wil compenseren om de kabinetsdoelstelling wél te halen: netto € 2,5 miljard merkbare regeldrukvermindering.
Het advies over de programmabrief is verzonden naar de ministers Kamp (Economische Zaken), Plasterk (Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties) en Blok (Wonen en Rijksdienst) en aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.