Samenhangende wijzigingen Wet belastingen op milieugrondslag en Wet opslag duurzame energie- en klimaattransitie

De energiebelasting voor aardgas en elektriciteit zou worden verlaagd en de belastingvermindering in de energiebelasting wordt tijdelijk verhoogd. Ook wordt de tijdelijke verlaging van de accijns voor ongelode benzine, diesel en LPG verlengd.

De energiebelasting op elektriciteit is op dit moment ruim twee keer zo hoog als die aardgas als gekeken wordt naar energie-inhoud. Dat wordt verschil zou kleiner worden door de energiebelasting op elektriciteit te verlagen en die op gas te verhogen.

De belastingvermindering op energie (die wordt gegeven op de elektriciteitsaansluiting), zou in 2023 worden verhoogd met € 284,39 naar € 777,66 per jaar.

Op 1 april 2022 is accijns op voor autobrandstof (benzine, diesel en LPG) verlaagd om de stijging van de brandstofprijzen te verminderen. Deze verlaging wordt verlengd tot en met 30 juni 2023. De verlaging bedraagt per liter voor ongelode benzine 17,3 cent, diesel 11,1 cent en voor LPG 4,1 cent.

De voorgestelde maatregelen zijn relatief eenvoudig. Dit komt de werkbaarheid ten goede en zorgt voor aanvaardbare uitvoerings- en implementatiekosten voor de energieleveranciers, netbeheerders en Belastingdienst. De gevolgen voor regeldruk van de maatregelen worden ingeschat als verwaarloosbaar. ATR adviseert om het voorstel in te dienen.

Ná dit advies heeft het Kabinet aangekondigd om een prijsplafond voor aardgas en elektriciteit in te stellen. Dat voorstel moest nog worden uitgewerkt toen ATR zijn advies uitbracht.

ATR advies aan de staatssecretaris van Financiën – energiemaatregelen