Tijdelijke wet onderzoek AIVD en MIVD naar landen met een offensief cyberprogramma
Nederland wordt bedreigd in het digitale domein. Die dreigingen komen uit verschillende landen met een offensief cyberprogramma waaronder Rusland en China. Aanvallen zijn erop gericht om langs digitale weg op heimelijke wijze de beschikking te verkrijgen over staatsgeheime informatie, economische en technologische kennis of andere informatie van burgers of organisaties.
De inlichtingendiensten AIVD en MIVD hebben de wettelijke taak om onderzoek te doen naar deze bedreigingen en waar nodig actie te ondernemen. De inlichtingendiensten hebben nu onvoldoende wettelijke bevoegdheden om onderzoek te doen naar dreigingen waarvan de herkomst nog niet bekend is. De wet waarin die bevoegdheden zijn vastgelegd, zal binnen enkele jaren worden aangepast, maar daar wil het Kabinet niet op wachten. Daarom wordt een tijdelijke wet voorgesteld, waarin de bevoegdheden van de inlichtingendiensten nu al worden uitgebreid. De diensten mogen ook onderzoek doen naar bedreigingen waarbij nog niet duidelijk is waar de dreiging vandaan komt. Ook wordt de bewaartermijn van grote datasets langer en is niet langer toestemming vooraf nodig voor automatische data-analyse.
Wanneer deze tijdelijke wet moet worden verlengd, of wanneer hij kan worden ingetrokken als de wet niet meer nodig is, is nog niet duidelijk. ATR adviseert om dat duidelijk te maken.
De inlichtingendiensten ondervinden knelpunten door het toezicht dat wordt gehouden op de uitvoering van hun inlichtingentaken. De taken van de inlichtingendiensten verschillen. De gevolgen voor de regeldruk kunnen ook verschillen, net als de knelpunten. Het toezicht op beide diensten wordt door één en dezelfde toezichthouder uitgeoefend. Misschien is het beter om in het toezicht ook verschil aan te brengen. ATR adviseert om te onderzoeken of een onderscheid in het toezicht op beide inlichtingendiensten beter werkbaar is.