Wijziging Regeling Bouwbesluit 2012 met betrekking tot de veiligheid van breedplaatvloeren

Op 20 november 2019 heeft het Ministerie van Binnenlandse zaken de Wijziging Regeling Bouwbesluit 2012 m.b.t. de veiligheid van breedplaatvloeren aan ATR voorgelegd voor advies. De wijziging verplicht eigenaren van bestaande gebouwen met breedplaatvloeren om de huidige staat van de gebouwen vast te stellen via een stappenplan. Deze onderzoeksplicht wordt ingevoerd voor de meest risicovolle bestaande gebouwen in de hoogste gevolgklasse (CC3 klasse). Uitbreiding van de onderzoeksplicht naar gebouwen in lagere gevolgklassen is voorzien na 1 januari 2021.

Het college constateert dat nut en noodzaak van het voorstel voldoende is onderbouwd. In het voorstel worden een aantal uitzonderingen gemaakt welke categorie gebouwen uit de CC3 klasse niet onder de onderzoeksplicht vallen. Het college constateert dat met de risicogerichte benadering waarbij in eerste instantie een onderzoeksplicht alleen geldt voor de categorie CC3 gebouwen, rekening is gehouden met minder belastende alternatieven. Hoewel het college erkent dat onderhavig voorstel alleen de onderzoeksplicht voor gebouwen in de hoogste gevolgklasse introduceert, benoemt de toelichting ook de voornemens voor de uitbreiding van deze onderzoeksplicht naar gebouwen in lagere gevolgklassen. Gelet op de voorziene regeldrukgevolgen verzoekt het college om toekomstige regelgeving omtrent de voorgenomen uitbreiding van de onderzoeksplicht naar gebouwen in lagere gevolgklassen te zijner tijd ter beoordeling aan ATR voor te leggen.

In de regeldrukeffectenanalyse staat genoemd dat ook gebouweigenaren van CC3 gebouwen zonder breedplaatvloeren een interne visuele controle moeten doorlopen door bijvoorbeeld de technische dienst. Doel hiervan is om vast te stellen dat deze gebouwen geen breedplaatvloerconstructies bevatten. Het college constateert dat de toelichting deze onderzoeksplicht voor gebouweigenaren van CC3 gebouwen waar niet met zekerheid vastgesteld kan worden dat breedplaatvloeren aanwezig zijn, niet expliciet op handelingenniveau benoemt. Het college acht dit voor de kenbaarheid van CC3 gebouweigenaren wel van belang. Tevens vraagt het college zich af of er geen minder belastende manier is om vast te stellen of in CC3 gebouwen wel of geen breedplaatvloeren aanwezig zijn dan via een visuele controle, bijvoorbeeld via bouwtekeningen. ATR adviseert om het voorstel op dit punt te verduidelijken.

Tot slot adviseert het college om de regeling alsnog in internetconsultatie te brengen om de werkbaarheid en eventuele knelpunten van de onderzoeksplicht voor (individuele) gebouweigenaren vast te kunnen stellen.

ATR advies aan de Minister van BZK – Wijziging Regeling Bouwbesluit 2012 inzake breedplaatvloeren